donderdag 1 juni 2017

DE MAN DIE DE TAAL VAN DE SLANGEN SPRAK.

" Maar het gaat tevens over de hele mensheid, of nog beter: over het punt waarop de mens het vermogen heeft verloren om in harmonie met de natuur te leven. Het is, zoals de recensent van Le Monde schreef, een 'van de allerbeste hedendaagse romans over eenzaamheid’. Want als je het contact met de natuur verliest, is het einde zoek.
De 'man die de taal van de slangen spreekt' leefde ergens in de
Middeleeuwen, toen – en dat is een historisch feit – Estland door Duitse kruisridders werd veroverd en gekerstend. In de roman
verlaten steeds meer mensen het bos waar ze oorspronkelijk leefden en
trekken naar de dorpen. Want daar is het moderne leven, daar kun je leven volgens de nieuwe mode die de veroveraars hebben meegebracht. Maar dan moet je wel je oude gewoontes afleggen, vergeten, afleren. En kennis van de taal van de slangen is er één van. De hoofdpersoon beheerst deze taal net nog, zijn oom had hem die geleerd, en dus kan hij nog enigszins met de slangen en alle andere dieren communiceren. De dieren begrijpen hem als hij iets in de slangentaal zegt en gehoorzamen hem. De beste vriend van onze held is een adder, zijn zus woont samen met een beer en zijn moeder verzorgt hem dagelijks met verse eland. Is dus alles kits in het bos? Verre van dat. Ten eerste wordt het daar steeds leger, omdat ieder een zo nodig in het dorp naar de pijpen van de veroveraar moet dansen. De Oerkikker, symbool voor welzijn en bescherming, is verzonken in een diepe slaap en er zijn niet meer voldoende mensen om hem wakker te maken. Want daar moet je de slangentaal voor beheersen, en bovendien heb je eenheel
koor nodig, één mens is niet genoeg. De melancholie van de ondergang wart er dus wel degelijk rond.
Ten tweede zijn er in het bos tegenstrijdige krachten, waaronder een oude druïde die de harmonie met de natuur heeft verbroken. Hij gelooft in mensenoffers en is net zo krankzinnig als de veroveraars, zodat het gevaar dus van twee kanten komt. De druïde is bij de verdediging van zijn rituelen zelfs zo ver gegaan dat hij de oren van de wolven, die vrienden van de mensen waren en hen van melk voorzagen, met hars heeft dichtgeplakt, waardoor ze de slangentaal niet meer kunnen horen.
Een fatale handeling, omdat de wolven vanaf dat moment vijanden van de mens
zijn –  als gevolg van de irrationaliteit van de druïde.
Met deze ingrediënten, waarbij ook veel authentiek materiaal uit de rijke Estische folklore is verwerkt, construeert Andrus Kivirähk een fantastisch -allegorisch verhaal over de geschiedenis van de mensheid –  opgehangen aan de geschiedenis van Estland, maar het thema is universeel."



Andrus Kivirähk, De man die de taal van de slangen sprak
Uitgeverij Prometheus, maart 2015
ISBN: 9789044626308


(met dank aan M.)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten