Merel Kamp– 13:28, 29 september
2017
Leef zeven dagen zonder smartphone,
vroeg techniekfilosoof Hans Schnitzler aan studenten. Hij schrok van hun
ervaringen, en schreef 'Kleine filosofie van digitale onthouding', dat vandaag
verschijnt.
'Echter', 'mooier', 'intensiever', 'bewuster'. De ruim honderd
studenten die op verzoek van filosoof Hans Schnitzler een week lang
smartphoneloos leefden gebruiken consequent de overtreffende trap om hun
ervaring van de werkelijkheid zonder tussenkomst van hun smartphone te
beschrijven.
De een raakte in vervoering van een wandeling in het park, een
ander kreeg te horen dat hij prettiger in de omgang is zonder het apparaat.
Smombie
Schnitzlers studenten aan De Bildung Academie in Amsterdam gaven
allemaal aan dat ze eigenlijk helemaal niet zoveel bezig willen zijn met hun
smartphone. Tekenende getuigenissen, vond Schnitzler, en dus schreef hij er een
boekje over, 'Kleine filosofie van digitale onthouding', volgens Schnitzler een
tijdsdocument. Daarin schetst hij een ontluisterend beeld van de homo
digitalis: een van ruimte, lichaam en de ander vervreemd rakende smombie (een
samentrekking van de woorden 'smartphone' en 'zombie') met de aandachtspanne
van een goudvis. Ook in een 'kleine filosofie', schuwt Schnitzler grote
beweringen niet.
"Daarvoor moeten we ons afvragen wat het betekent om
ervaringen op te doen. Ik geloof dat twee dingen daarbij van belang zijn. Ten
eerste ons lichaam: we leren middels lichamelijke ervaringen. In het digitale
leven raakt ons lichaam op de achtergrond. Dus je kunt het minder echt en
vervreemdend noemen, omdat die lijfelijkheid en de fysieke werkelijkheid
verdrongen raken. Een tweede aspect van ervaringen opdoen en leren is frictie:
het overwinnen van weerstanden en omgaan met mislukkingen en tegenslagen. De
digitale realiteit wordt voor ons zo frictieloos mogelijk gemaakt; alles moet
soepel, glad en gemakkelijk. Ook in die zin vervreemdt ze ons. De directeur van
Tinder prijst zijn datingapp aan door te zeggen dat je nooit meer pijnlijk
afgewezen kan worden en alle touwtjes in handen hebt. Zo werkt het niet. Je
kunt pas echt met je aandacht ergens bij zijn en betrokken zijn, als je weet
dat het inspanning vergt."
Kun je dan niet betrokken en
aandachtig zijn mét smartphone? Je hoeft toch niet de hele dag te Snapchatten?
"Het gaat er uiteraard ook om hoe je je tot zo'n apparaat
verhoudt, maar smartphones zijn nu eenmaal aandachtstrekkers. Zowel het
apparaat als de applicaties die erop draaien zijn ontworpen om zoveel mogelijk
van onze aandacht te confisqueren. Er wordt van ons verwacht dat we voortdurend
beschikbaar en bereikbaar zijn; we krijgen permanent (push)berichten en
notificaties op ons afgevuurd. Je kunt je afvragen in hoeverre daar nog een
keuze in zit, hoe je je daar nog op een eigenzinnige manier toe kunt verhouden.
Mijn ervaring met de studenten is dat ze dat heel moeilijk vinden. En dat is
gevaarlijk, want aandacht is een eindige hulpbron."
Kan het zijn dat we gewoon nog wat
langer moeten wennen aan nieuwe technologieën om er beter mee te leren omgaan?
"Dat zou kunnen. Ik hoop het oprecht."
"Ik maak me zorgen. Toen ik met dit boek begon wilde ik
vooral de studenten aan het woord laten en er vervolgens zo neutraal mogelijk
over doorfilosoferen. Maar toen ik de resultaten van hun detox terug las, vond
ik ze eigenlijk verontrustender dan ik had verwacht. Ik heb echt het idee dat
we ergens naartoe gaan waar we helemaal niet willen zijn. Mijn missie
veranderde dus door de input die ik kreeg."
Dus u waarschuwt ons met dit boek?
"Ik stel vragen nu het nog kan. De tech-industrie
streeft ernaar de technologie steeds intiemer te maken, zodat we langzaam in
cyborgs veranderen. Op den duur zullen we misschien niet eens meer in de gaten
hebben waar wij eindigen en de techniek begint. Juist nu die transformatie nog
gaande is, hebben we de gelegenheid om haar kritisch te bezien en bevragen: wat
gebeurt er nu precies? Wat betekent het om in het digitale te zijn? Alleen zo
komen we tot een gewetensvolle betrekking met de techniek. Ik wil met dit boek
helemaal niet pleiten voor geheelonthouding."
Wat houdt een gewetensvolle
betrekking met de techniek in?
"Die houdt in dat we digitale middelen in vrijheid
welbewust en weldoordacht aanwenden en dat ze ons behulpzaam zijn bij het
realiseren van het goede leven."
U beschrijft in uw boek een onbehagen
bij een samenleving waarin iedereen in de trein met zijn telefoon bezig is.
Waarom voelen we over het algemeen niet hetzelfde soort onbehagen bij een trein
vol mensen verdiept in een boek?
"Als je niet meer om je heen kijkt, zie je de ander niet
meer. Als iedereen altijd alleen nog maar oog zou hebben voor zijn boek, zouden
we de ander ook niet meer waarnemen. Maar in boeken kom je minstens nog
fictieve anderen tegen die er andere opvattingen van het goede leven op na
houden dan jij. Verdiept in je smartphone daarentegen, zit je in een echoput,
de zogenaamde filterbubbel. Je hoort er alleen nog de echo van je eigen
voorkeuren en overtuigingen."
Aan het eind van het boek formuleert
u een missie: 'het terugwinnen van het reële'. Vallen onderscheidingen als
digitaal-analoog, reëel-virtueel nog wel zo gemakkelijk te maken?
"We leven in een werkelijkheid waarin die twee sferen
steeds minder van elkaar te onderscheiden zijn, maar tegelijkertijd bestaan we
bij de gratie van onderscheiding: we definiëren geluk bij de gratie van
ongeluk, herkennen goedheid bij de gratie van het slechte. Experimenteel
extremen opzoeken - zoals in een detox - maakt duidelijk wat er echt op het
spel staat."
Wat moeten we doen om het reële terug
te winnen?
"We moeten de aandachtswoekeraars uit onze ervaringstempels
verdrijven. Ik zeg weleens gekscherend tegen mijn studenten dat de grootste
daad van verzet die ze kunnen plegen, is dat ze iemand op straat zomaar een
compliment geven, of de weg vragen. Stap uit de virtualiteit!"
Gaat dat ons redden?
"Nee, er ligt ook een taak voor overheden. Bedrijven als
Facebook en Google zouden verplicht moeten worden om inzicht te geven in de
geheime algoritmen waarmee ze ons in onze bubbels plaatsen. Het zou moeten
worden verboden dat data en algoritmen worden gebruikt om ons zo veel mogelijk
vast te lijmen aan onze schermpjes. Ik geloof in radicale maatregelen, maar ik
wil ook niet bestempeld worden als moraalpolitie."
Een deel van uw studenten verviel na
de detox in hun oude gewoonten.
"Ja, en dat frustreerde ze enorm. Bij sommigen was er
sprake van een terugval, zoals je dat bij verslaafden ook ziet. Dat gaven de
studenten overigens ook zelf aan: 'Ik ben gewoon veel verslaafder dan ik
dacht'. Wie werkelijk ander gedrag wil cultiveren, moet zo'n detox-oefening
herhalen. Iets wat je door herhaling aanleert, kun je ook weer door herhaling
afleren."
Ik zet geen gepolijste foto's meer
online
Anne van der Krol 20 jaar, student bestuurs- en
organisatiewetenschappen
"Voorheen voelde ik de drang om alles te delen op Snapchat
en Instagram. Altijd dat schermpje ertussen. Tijdens de detox heb ik ervaren
dat je geen telefoon nodig hebt om in het moment te zijn. Juist niet. Ik heb
Snapchat verwijderd en mijn Instagram-account is nu privé. Ik maak een ander
soort foto's. Geen gepolijste selfies meer. Mijn Instagram-account voelt niet
langer als een verlengstuk van m'n identiteit, als een deel van mij. Het doet
er niet meer zo toe. Dat vind ik echt heel fijn."
Ik werd me meer bewust van gesprekken
Lore van Riel 20 jaar, student geneeskunde
"Tijdens de detox kon ik me beter concentreren. Leren voor
school ging verrassend goed. Ook sliep ik beter en langer en voelde ik me
uitgeruster. In het openbaar had ik meer oog voor de mensen om me heen en werd
ik me bewust van de gesprekken die zij met elkaar voerden. De detox heeft me
laten zien wat voor onrust mijn telefoon eigenlijk veroorzaakt. Ik kan hem nu
heel makkelijk wegleggen als ik daar behoefte aan heb. Zo sta ik sinds de
digitale detox op zonder telefoon, ga ik ontbijten terwijl ik een krantje lees
en kijk ik in de loop van de ochtend pas op mijn telefoon."
Ronald Vollenbroek 21 jaar, student economie en bedrijfseconomie
"Tijdens de detox kwam ik tot rust en was ik productiever.
Eigenlijk is het enorm vermoeiend om tussen al je dagelijkse activiteiten door
ook nog druk te zijn op je mobiel. De treinreis naar de universiteit voelde
opeens bijna als vakantie. Ik keek door het raampje naar buiten naar het landschap,
of ik keek naar mensen. Er bleken overal superhulpvaardige mensen te zijn, die
me de weg wilden wijzen.
Ik gebruik mijn mobiel nog voor praktische dingen, maar ik ben
me veel bewuster geworden van de nadelen. Tijdens de detox vroeg ik mij af wat
mij nu écht gelukkig maakte en wat mijn telefoon daaraan bijdroeg. Dat viel
eigenlijk best tegen."
Kritisch over de Digitale mens
Hans Schnitzler (1968) is filosoof en publicist. Van zijn hand
verscheen in 2015 Het digitale proletariaat waarin hij het door de digitale
revolutie voortgebrachte soort mens kritisch bespreekt."
Trouw 29 september 2017
Geen opmerkingen:
Een reactie posten