dinsdag 31 december 2019

Gevolgen van teveel nemen in Haulerwijk


De wraak van het veen, het voormalige deels ontoegankelijke ‘onland’ op de Friese oostgrens

Haulerwijk, Ooststellingwerf op de Friese grens met Drenthe en vlak bij de provincie Groningen.
Haulerwijk ontstond in 1756 toen de Haulerwijkstervaart gegraven werd vanaf de Mandewijk.   De Haulerwijkstervaart maakte deel uit van de veencompagnie de Drachtstercompagnie. Het kanaal heeft nu twee zijden: een goede van de hulpvaardige andere wereld en een slechte van de vasthoudende tegenkrachten.
De veenlaag ter plaatse was 2 tot 2.5 m dik en deze 4 -5000 jaar oude ‘zwarte aarde’ is afgegraven waardoor een oudere aarde evolutie laag aan de oppervlakte kwam van de Steentijd. De oude veenlaagsfeer is op bepaalde plekken nog wel aanwezig: ik – de zwarte aarde- ben er niet wel de afdruk en die is goed.
Op een bepaalde plaats geeft de omgeving mij dit relaas:
 “We hebben een verhaal.  Duizenden jaren geleden offerden mensen hun lijken aan het veen. Deze zielen zweefden over het veen en werden door ons meegenomen in de aarde naar het zielenrijk. Noem ons dienaren van de zwarte Godin. Onze taak hebben we lang gedaan tot er ontginning kwam en het veen verdween. De tegenkracht kreeg steeds meer vat aan de grond en verdreef ons in de ondergrond en zij pakten onze taak af en behielden de dode zielen. “

Veenbegravingen (luchtgraf) vonden m.i. plaats van 3500 – 500 BC. Ze kozen daar wel speciale plekken voor uit, op bijvoorbeeld de grens van Een/Haulerwijk waar een ‘goede geest’ woonde/woont met een instroompunt. Positief zwart was eens aan de oppervlakte en negatief zwart in de aarde. Nu is het omgekeerd met alle gevolgen voor de bevolking: stagnatie, jongerenprobleem, splitsing door de vele kerken (7). Een gevolg van te veel nemen en niets meer geven.



maandag 30 december 2019

Het is weer Winter de tijd van de Percht.


Ik was wat oude aantekeningen aan het doorlopen en kwam dit verhaal tegen opgetekend in  in de nacht van 6 op 7 december 2009.

Ik ben Perchta, de oude zwarte Godin. Ik leef hier sinds onheuglijke tijden en jij bent mijn 'dienaar.' Je maakt mensen weer alert op mijn aanwezigheid in deze berg. Deze berg is mijn woonzits. Einde zomer ga ik naar onder en in de winter kom ik naar boven. Heb mij lief.
Wat is je taak, vraag ik haar? Ik heb tot taak de seizoenen te bekrachtigen, neer te zetten. De winterse Stilte, dat anders is als de zomerse Drukte. Een tijd om nu naar binnen te gaan.
Hoe heet deze berg eigenlijk?  Nu heet het de Berkenheuvel maar oudtijds de Krachtberg. Hier kwam kracht uit de Aarde.
Ik kan je de diepe stilte van het Zijn laten ervaren.
Men noemde mij voorheen wel de zwarte Moedergodin naar het zwarte seizoen, de winter.
Men heeft mij in de kasteeltijd bewust gebruikt als zwart en zuid als Licht.

De hof ligt op de flank basis van de noordzijde van het rivierdal

foto ijsbloemen in een hofvenster in december 2019

Menselijke Natuurmystiek



'Natuurmystiek is zo moeilijk en zo makkelijk tegelijk omdat je jezelf kunt verliezen, je kleine zelf die zo nodig is in deze wereld. Natuurmystiek is een intense verliefdheid met het bestaande, het ALL in de kosmos.'
(foto eerste dochter in 2011)

zaterdag 28 december 2019

Eren van het oorspronkelijke plekwezen op de plaats van een gebouw in Thailand


"
Das am weitesten verbreitete Anzeichen des Aberglaubens aber sind Geisterhäuschen. Die Schreine stehen vor fast jedem Gebäude und sind oft mit Blumengirlanden geschmückt, die dem Geist als Opfer dargeboten werden. Oder besser gesagt: den Geistern. Denn in der Regel werden zwei Schreine errichtet – einer für den Erdgeist und einer für den Himmelsgeist. Beide, so die Ãœberzeugung der Thai, haben auf dem Stück Land gelebt, das jetzt der Mensch für ein Haus, eine Tankstelle oder einen Wolkenkratzer in Anspruch nehmen will.
Den Geistern muss also adäquater Ersatz geschaffen werden. Damit ihnen ihr neues Zuhause gefällt, hält man besser einige Regeln ein. Erstens: Das neue Gebäude darf keine Schatten auf die Geisterhäuschen werfen. Zweitens: Der Himmelsgeist will höher wohnen als der größte Mensch auf dem Grundstück. Drittens: Das Geisterhäuschen sollte ansehnlicher sein als das Menschenhaus. Und viertens: Die Geister möchten 



Immer volles Haus: Blumen, Figuren und sogar Getränke – mit solchen Opfergaben halten die Thai ihre Geister bei Laune.

unterhalten werden – zum Beispiel mit Figuren von Tänzern und mit regelmäßigen Opfergaben.
Gefällt es ihnen nämlich nicht, ziehen die Geister vielleicht doch ins Haus des Menschen zurück und stiften dort allerhand Unruhe. Wer länger zu Besuch kommt, sollte deswegen dem Geist die Ehre erweisen und ihm möglichst auch ein Geschenk mitbringen. Besonders beliebt: Erdbeer-Fanta. Viele Thai glauben, dass die kräftige Farbe und die starke Süße den Geistern gefällt. Ob die rote Farbe tatsächlich Blut symbolisieren und Tieropfer ersetzen soll, ist dagegen umstritten.
bron: Nicht alle Geister sind böse