maandag 25 februari 2019

'Her'story van de Oerfriezen: vervolg Friese gemeenschap op de kwelder rond de jaartelling

De groep
We wonen in een gemeenschap van ongeveer 100 personen op een wat verhoogd stuk kwelder dat niet opgehoogd is  bij een natuurlijke  zee-inham  aan de westkant wat verder van de kust. Een soort oeverbult waar op de natuurlijke hoogten onze huizen staan. Een kleine nederzetting van houten huizen in een landschap met geen beschutting.  Door het zoute landschap was er geen akkerbouw. Daar was ook geen uitkijkpost daar we relatief ver van de kust af zaten.

Je had in onze groep bewoners van ongeveer 100 personen, een  samenleven van twee groepen:
- de oerbevolking, veeboeren, die ook trager waren, aardetype.  [Saksen van het zand?] Een groep van 20-25 personen. Die leefden aan de zuidkant. Zij waren hier het eerst.  Zij gingen ook niet mee in de strijd en bleven?
Zij waren ook de herders van de schapen die ze ook molken.  Zij noemden deze gemeenschap ‘de hoogte’.

- en strijders, ‘Vikingen’,  noordelingen die sneller waren, daadkrachtiger, vuur type en geen landbouwers waren. Die leefden aan de noordkant en zijn bij de oerbewoners  gewoon ingetrokken en kwamen uit Midden ScandinaviĆ«.  Hardvochtige mensen waar vrouwen weinig inbreng in hadden.  Ze noemen hun gemeenschap vertaald uit het Vikings ‘het nieuwe land’.
Ze hielden zich bezig met visvangst en jacht, kapten riet,  bouwden mee als het nodig was en gingen op raid  of met handelaren mee. Viking handelaren waren strijders.  Of ze  werkten aan het herstel van de boten en knokten als een schip voorbij kwam om hun krachten te meten.

Zij hadden een echte leider en de oerbevolking had een groep van oudsten, die meer democratisch was dan onze autocratische leider.
De indringers hadden de macht en de boeren waren ondergeschikt.

Je had als persoon wel eigen beslisrecht, ook als vrouw  over welke man je neemt, of je meegaat en of je wel of niet kinderen wil. Voorbehoedende kruiden zorgden voor date r geen kinderen kwamen als je dat niet wilde.

De Viking hoofdmannen hadden bezit en de rest  was bezitloos. Deze bezitlozen, de oermensen hadden ook weinig kinderen.
Over en weer tussen de groepen werd niet getrouwd maar wel ingetrouwd van buiten de gemeenschap. De man trok in bij de familie van de vrouw.  De Vikingen waren vrijer in de keus dan de oermensen.

Ikzelf ben een vrouw behorend bij de strijders groep, ook  wel Vikingen genaamd, en de grootste groep van ongeveer 75 personen.

Ik kwam uit een groot gezin van zeven kinderen met meer meiden dan jongens.  Men wilde graag jongens in deze mannen maatschappij.  Zo groot als mijn familie was, kwam niet veel voor. Ik was ook strijder geweest en ging uit vrije wil mee en kon goed omgaan met een mes -werpen-  en boogschieten.  De mannen hadden strijdbijlen waar ze goed mee konden mikken. Geregeld was er strijd, handgemeen of met de wapens met veel herrie, maar er zat een rem op, een soort sociale code. (denk aan de Friese wetten dat regelde de vergoeding bij verwondingen en doodslag)

Daar werd door ons wel gezongen maar we hadden geen bard of zo.  Ook geen geestelijke en wat dat betreft waren we een seculiere groep.

We kenden geen bedwelmende middelen  behalve kruidendranken die we lieten vergisten [van gerst of haver?] dat we dronken op feesten en mannen en vrouwen dronken dat en bij rechtspraak voor alleen de mannen.

Regressie onderzoek van een Vreedzaam samenleven in een kleine gemeenschap van 100 personen op een niet opgehoogde kwelderwal  in de omgeving van Bolsward, rond de jaartelling.

@ maart 2019, D. van den Dool.

zondag 24 februari 2019

go ing


oud Fries doodritueel; de zee geeft, de zee neemt

De Vikingen in onze gemeenschap  kregen een zeegraf en hoe was afhankelijk van je rijkdom,  een boot en arm een vlot. Stropoppen -30 cm hoog en als je rijk was om het geklede lijk en  in je beste goed en bij een strijder het wapen.   Het watervoertuig werd naar de zee uitgang gebracht en daar bij ebgang aan de stroom mee gegeven. Het was overigens een lange tocht naar  zee, ongeveer maximaal 10 km. Niet de hele clan ging mee en alleen de voor de persoon belangrijke personen.
Een thuisdood was niet geliefd want je wilde naar het walhalla en strijders werden daarom niet oud en stierven in de strijd. Het was minderwaardig thuis te sterven. Ouderen vroegen daarom mee te gaan op raid wat niet altijd kon.  De strijd aangaan was hopen om te sneuvelen.

Regressie onderzoek van een Vreedzaam samenleven in een kleine gemeenschap van 100 personen op een niet opgehoogde kwelderwal  in de omgeving van Bolsward, rond de jaartelling van strijder/vissers, 70 personen, die uit het noorden kwamen en een oergroep  30 personen-  van boeren uit Drenthe.
@ maart 2019, D. van den Dool.

eten en gegeten worden


In nature, all creatures serve as food for others. This is a law, and this law is true on the psychic plane just as it is on the physical plane. What exactly is the battle between good and evil? It is the clash of two hungry entities. It's very obvious – all they do is devour each other. 
In humans, good and evil are present in the form of their higher nature and their lower nature. The greatest desire of the lower nature is to grab us and devour us. It tries to catch us and feed off us twenty times, thirty times, fifty times a day. And those who were not vigilant sacrifice a few morsels to their lower nature. They then feel weakened, while their still famished lower nature sets off in search of new prey. This is why we must put our higher nature first and, each day, make sure it can get its teeth on a few pieces of our lower nature. After chewing it well and swallowing it, our higher nature transforms it and makes it its own. Psychology of the future will be based on the understanding of this process: absorption, digestion and assimilation of our lower nature by our higher nature. 

Een persoonlijk relaas van een Rk missionaris in het Noord Groningse Iers christelijke gebied Fivelingo, 10e eeuw

 Het pad van de ziel
De  schoonheid van de beginnende oude dag is dat je terug kunt reflecteren na een lange levensweg.  EĆ©n van die reflecties betreft de vele vorige levens die gepasseerd zijn. Mijn onderzoekfase daarin begon in begin negentiger jaren. En zoals ik me ken doe ik daarin een opleiding, praktiseer het enige tijd en laat het weer los en ga er later weer anders mee om.  Al eerder had ik bij het doen van een dromenjaar in de eerste nacht een droom van drie grafzerken: Ć©Ć©n die aan het oppervlakte lag, Ć©Ć©n dieper in de aarde met gotische teksten en Ć©Ć©n nog dieper met een onbekende taal. Het pad van de ziel.

Oude sterfervaringen verwerken is nog steeds een bewustzijnsdaad van me. Ze manifesteren zich in actuele werksituaties, dromen, ontmoetingen met mensen en plekken en vooral in contacten met vrienden.

Fivelingo geomantische bezoeken
De laatste maanden ben ik weer in het noord-Groningse actief in het kader van een diepte onderzoek naar de Friese cultuur. Eind 2003 tot begin 2005 heb ik daar een geomantische onderzoekcyclus van minstens 12 dagen gehad. In dit jaar ben ik weer gestart en liep een nog niet herkend vorig leven tegen het lijf van een missionaris in de 10e eeuw, de periode na Liudger en zijn bekeerde bard Bernlef.

Eerst een ander Christendom
Nu bezocht ik plekken in Fivelingo die met destijds te maken hadden. Een gebied waar het paganistische Christendom al eerder vanuit Ierland en Schotland zaad had gevonden waar je weinig over leest. Dit Keltische Christendom is in het Noord-Groningse nog goed merkbaar in de sferen, oude verhalen en belevenissen van lokale mensen die nog spreken over ‘Engeland’, de doorstrekkende spirituele gasten en m’n vriend, die afstamt van een zwanen ridders familie, noemt ze nu Ieren die hun andere christelijke verhaal van liefde en Natuur inwijdingen verkondigden i.p.v. het volgen van een oud woordboek –de bijbel- van een veraf Joods volk , dat niets moest hebben van de Natuur.

De lange lijdensweg van Rk christianisering voor de oud Friezen
Het is een historisch gegeven dat Latijnse christianisering van het Friese cultuurgebied een proces is geweest van lange adem.
Het proces nam ruim drie eeuwen in beslag: van de tweede helft van de zevende die startte met Willibrord tot het begin van de elfde eeuw.  De Friezen gaven pas in de loop van enkele eeuwen hun Germaanse religie op voor het christendom, de religie van de Franken, hun vijand.
En in de elfde eeuw begon een nieuwe ronde van christianisering door de vestiging van kloosters naast de reeds aanwezige kerken bouw. En zo bleef het maar doorgaan, de continue verandering /indoctrinering van de Friese geest,  het land en de cultuur tot wat het nu is.

de verlegging van de heilige richting van het noorden van de Noordvolkeren  naar het oosten en Jerusalem en als we niet goed uitkijken naar het zuid-oosten van de andere agressieve religie naast het christendom en de joodse, de Islam

Er zijn wat zendingen geweest vanuit missionaire centra als Utrecht en Duitsland: Werden, Bremen en Munster, die door het nieuwe lokale gezag van de Franken, de latere Hollanders soms door overreding, dan wel door christelijke magie van religieuze voorwerpen, dan wel door het zwaard tot ‘kerstening’ kwamen. 
De onderdrukking zette zich later voort via de kloosters die eigenlijk grote 'kolchoz' boerderijen waren in de katholieke hierarchie, en later  de lokale jonkers, de herenboeren en nu de multinationals die via aardgaswinning het gebied met de materiele onttrekkings systeem naweeĆ«n laten zitten.
Maar het is nog steeds zo’n mooi gebied! En om het gebied te steunen, bezoek het eens bewust!

Wat persoonlijke missionering details
Terug naar de 10e eeuwse missionaris in de tijd dat de raids van de Vikingen de RK christenen het behoorlijk moeilijk maakten om hun oude geloofsgenoten eens tot een ander inzicht te brengen.

Waar kwam trouwend de impuls vandaan om te christianiseren, vroeg ik me af op de heilige wierde in Groningen? “De volken hier in het noorden waren heel primitief, wild, moordzuchtig en wreed. Pacificatie was nodig met de middelen die toen voorhanden waren: sterker geweld, missionering, zwarte magie (vloeken). Anders was er geen ‘vooruitgang’.”
Dus naast blijvende christianisering, hardere magie en ‘strijd geomantie’, om hardnekkigheid te doorbreken zocht ik Nieuwe krachtpunten  voor kerkbouw om af te leiden, de  tweede generatie kerkstichtingen.

Mijn leerschool had ik in de stad Utrecht en bestond ondermeer uit het hanteren van Latijnse kettingvloeken  naar oud gebruik, vanuit Utrechtse plekken zelf voor het afdichten van boven sferen toegangen. En eenmaal ter plaatse de pleksfeer afdichten in haar aarde-verbinding.

“Rotton”
We bezochten laatst ook de plaats Rottum waar rood aardvuur zich manifesteert en de naam Rood-heim (10e eeuw) vandaan komt.
Uit de oude verhalen is bekend dat hier door Liudger een heiligdom van wel 100 heidense beelden is verstoord , die deels zijn afgevoerd naar Utrecht.
Een waar Fries- Gronings machtspunt dat ik kende toen ik het bezocht en in me opkwam:
Ken ik deze plaats: nee, te heidens en ja; heel veel veroordelingen.   ‘Heel, heel veel volharding’. Ik heb hier wat afgevloekt.
De plek zelf gaf me nu aan:  vergeef jezelf en kom van m’n schoonheid genieten.
Als ik naar de wierde loop over hett mooie voetpad zegt een stem: ‘stop: te onrein! ‘(moest eerst vloeken ongedaan maken of is het veld  nu te onrein?) Na enige tijd hoor ik; ‘je zonden zijn je vergeven.  Voor christenen was ik een heilige, voor Friezen een last!’
‘En kijk eens naar de ondergrond? ‘Verbinding met aarde ondergrond kapot gemaakt; met een aarde-ontbindingen vloek.  Boven is ook ‘ een Utrechtse schil’ om de instroom te belemmeren.
Naja, spiritueel herstelwerk was aan de orde.

Een dodelijk einde na een korte fase van werken in de vreemde
Enkele dagen later kwam in me op dat ik door een Friese lans op deze grote wierde was gedood. Ik reed te paard op die terp en een lokale man wierp het wapen in m’n rug. Pijnlijk en een korte dood. Ze mochten me daar trouwens niet. Degenen die het toen deed ken ik nu als ziele broer,  die hangt bij een Groningse vriend. Het kan verkeren.

Opzeggen van contract met de RK kerk
Gisterenavond lag ik in bed te mijmeren over al m’n levens in dienst van deze Rk groot macht: de Friese missionaris (10e eeuw), de Duitse kruisridder (12e eeuw), de kerkenbouwer in de zodiac van Glastonbury, de katholieke roverskapitein in Duitsland (dertigjarige oorlog 17e eeuw), de kerkelijke alchemist in Praag en de Schotse vrijmetselaar bouwer in Roslin.
Tijd om eens definitief te stoppen met het ‘latijnse kruis’ mechanisme  in m’n systeem.  Wie volgt? Een droom in de nacht beloonde me voor deze fundamentele daad.

En machtsmagie in iemands subtiele systeem herken je door een omgekeerd pentagram. Vele, vele religieuzen, zelfs de dalai Lama, de paus, dominees en priesters  hebben dat helaas.
Geen veroordeling maar een herkenning
En herken ook hoe moeilijk het is voor de hoogste rk geloofsgenoten
om hun eigen daden tegen de mensheid onder ogen te zien.
En hoe is het met uw kruis of omgekeerd kruis ergens is uw systeem?










zaterdag 23 februari 2019

BwM’er: wordt nu eens een bewust wakker Mens

Al enkele jaren wijst m’n vriend op het gebeuren dat we in een nieuwe fase van subtiele bezetting zijn gekomen en de mens in een nieuwe technologische bezettingsfase is gekomen. Eerst was de westerse mens bezet door haar collectieve christelijke religies en nu door technologisch materialisme. Beide hebben ze gemeen dat ze planeet onvriendelijk zijn,  onderdanen zoeken, indoctrineren en afhankelijkheid creĆ«ren en niet willen dat je een bevrijd individu wordt.

We spreken hier van een proces van ‘denaturering’ van het aardoppervlak in gebalde menselijke populatie centra. In de middeleeuwen is dat al begonnen in de steden waarbij zij subtiel energetisch en materiaal het buitengebied leeg trokken. Een proces dat   mondiale vormen heeft aangenomen.

Hierbij de ‘wet van zeven’ die ons parten zal gaan spelen.

1. De antenne-mens
Door het gebruik van internet en mobiele telefoon is er een nieuw type mens ontstaan met een zwarte bol boven het hoofd met een zwarte antenne, die aangestuurd wordt door het type onvrij makende buitenaardsen.

2. Overstijgende negativiteit
in gebieden met subtiele negativiteit ontstaat door interactiviteit met andere subtiele negativiteit een overstijgende negativiteit waarin heel technologische buitenaardse wezens wonen die invloed hebben op de vrijheden van het mens-zijn. Hij nam dat waar in een nieuwbouwwijk in het Gooi dat op zo’n overstijgend negatief veld staat.

3. Regeneratieve Natuurprocessen worden verstoord
Het netwerk van masten van zendmasten zorgt er voor dat  kristallisatie processen in de atmosfeer worden verstoord en daarmede de reinigende werking  van ons leef veld door aether krachten.
Ook in de aarde ondergrond wordt door water onttrekking, lozingen, delfstoffen winning, aardwarmte onttrekking de aardebovenlaag verstoord die reageert op deze verandering door terugtrekking van voor de mens vitale aardevelden.

3. Oude natuurwezen soorten trekken weg
Oude subtiele natuurwezens trekken zich terug in landelijke gebieden en bij voorkeur waar de mens minder actief is, dan wel in de aarde of hoog in de atmosfeer.
Ik merk dat recent bij mijn onderzoek naar bijzondere sferen in het Friese gebieden.

5. Minder aetherkracht
Het menselijk veld wordt steeds meer belast en minder vitaal met minder natuur aether, waardoor de mens minder wakker en bewuster kan worden.

6. Elementen lozer leven
De mens is meer een meer een stadsmens en binnen mens en onttrekt zich bijna volledig aan buiten fenomenen.
Het direct contact met de elementale krachten als echt vuur, pure aarde, schoon water en schone lucht wordt zeldzamer.

7. Doorstraalde huizen
Onze woningen zijn energetisch  overbelast, hebben een te chemisch binnenklimaat  en zijn doorstraald met wifi en andere velden. De genezende diepe slaap kan vaak niet optreden.

Een andere natuurwet die voor het voorgaande geldt heet; voortdurende verarming leidt tot  revolutie (uitspraak van Marx?). Aan elk proces komt een keer een ommekeer. Begin nu met je om te draaien!


De strategie van isolering van de ouden is een heel oud principe:
“Onze leermeesters stellen dat je dat druĆÆde-achtige in principe over de hele wereld kunt vinden en hij drukt dat zo uit: “het is jammer, maar ze zijn verloren.” Hij bedoelt dat ze vaak vereenzaamt zijn en geen binding meer hebben met de bevolking. Hij vindt dat jammer, denk ik. Verder besteden ze niet veel aandacht aan hen. Hij vertelt ook niet of ze van hen geleerd hebben. Hij weet er namelijk best veel over. Mijn indruk is dat hij het zielige mensen vind omdat  ze geen , namelijk geen binding meer hebben. “
Uitspraken van een kathedraal bouwmeester uit de late middeleeuwen van een tempelieren kathedraalbouwschool
Intern regressie onderzoek kathedralenbouw