woensdag 12 december 2012

Aspekten van de oude denkstrukturen: religiestress, esoterische stress

Een kleine beschouwing. De voor het Woord van het Jaar 2012 genomineerde term religiestress betekent volgens Van Dale 'het geheel van religieuze spanningen die kunnen optreden in een moderne, seculiere samenleving als die wordt geconfronteerd met traditionele godsdienstuitingen'. De scheiding tussen kerk en staat betekent niet dat de staat religie niet mag ondersteunen, maar dat gelovigen geen last behoren te hebben van de staat. Het tegenovergestelde vindt nu plaats dat de gelovigen last krijgen van de staat, Aldus een artikel in het blad Trouw van vandaag. Is het inderdaad zo dat seculiere Nederlanders allergisch zijn voor religie en vinden dat het achter de voordeur hoort, privaa? Is het echt nu zo dat elke religieuze uitingen in het publieke domein als iets verdachts wordt gezien en een stapje verder geweerd uit het publieke domein? Religieuzen zijn vaak ook intolerant naar andere niet westerse religieuze tradities maar ook en vooral oude inheemse West-Europese uitingen zoals sjamanisme, animisme, Keltisch Christendom, Germanengeloof, Vikingendom, heksen e.d. Esoterische of spirituele stress wordt bijvoorbeeld gecreëerd als je deelt; ik was vandaag met iemand onderweg en we hebben met boomwezens gesproken, stenen aangeraakt, de aarde geëerd, met natuurwezens gesproken. Een esoterische intolerantie dat ik herken die leidt tot onbegrip, spanning, afwenden, stil worden, een beoordeling van de toehoorder. De esotericus houdt dan liever zijn mond in een wezensvreemde omgeving en zoekt soortgenoten op om vrij te kunnen delen. Zelden tref je een open nieuwsgierigheid aan, dat leidt tot uitwisseling, contact. Of zoals de filosofen het beoefenden; vragen stellen, vragen stellen totdat je de ander bij zijn nulpunt brengt en hij/zij met z’n mond vol tanden staat en gaat herkennen dat het ook vastzit in een geloof. In niet westerse culturen leidt intolerantie tot geweld, oorlog. Ik was eens bij een tv programma waarin taboes werden behandeld. Contact met natuurwezens was één van de vele taboes en de vragen die gesteld waren hadden al een beoordeling in zich. Het zal nog lang duren voordat we werkelijk accepteren dat anders zijn een wezensaspect is van het bestaan. Mensen hebben elkaar gemaakt tot gelijkgestemden, gelijkgezindten, gelijkvormige, niet de oernatuur. De machthebbenden willen consumptieslaven. Dat tref je in de natuur niet aan en ook bij de oude mens niet; daar was elk een individu nodig voor het voortbestaan van de groep. Meervormigheid, meer-innerlijke taalzijndheid, meergelovigheid, meer in eenheid. Het gaat er dan vooral om vanuit je specialiteit bij te dragen aan het geheel, de gezamenlijkheid en niet te blijven hangen in je niche. Die is privaat en in het publieke domein deel je met anderen je eigenheid door soms dat ook los te laten, mild te zijn, je over te geven, dienstbaar te zijn. De subtiele wereld is zeer intelligent als het gaat om het herkennen van oordelen, vooroordelen, vervloekingen en afwijzingen. Het toont zich vooral niet aan hen. En daarmede wordt de zelf geschapen beperkingwereld nog enger, nog enger tot een versteend wereldbeeld van een afgescheidene.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten