maandag 4 juli 2016

Collectief gebied trauma in de bergen van het Fichtelgebirge



Muhlbuhl/Wormlo, twee kleine plaatsjes bij Nagel aan de rand van het hoge Fichtelgebirge. Een vriend vraagt me advies over een gezin waar drie zonen ernstige lichamelijke klachten hebben. De ene had een hersentumor, de ander chronische lichaamspijn en de derde nierziekte.  M’n vriend spreekt van een gebied trauma door strijd/overval.

We komen op een zacht glooiende bebouwde berghelling met een prachtig uitzicht op de westzijde van de Koseine, een markant berg in dit gebied.
De zonen wonen nog bij de ouders en grootmoeder is ook nog aanwezig. Een vier generatie grootfamilie waar de kleinkinderen ook nog kinderen hebben.

In het nabije bos doe ik onderzoek en wordt sterk gehinderd door kleine steekvliegjes. Deze tref je vaak aan in negatieve zones, dat hier een groter gebied is rond de aansprekende straatnaam: ‘am Schlag’.
Hier heeft rond 805/806 een slacht plaatsgevonden tussen een legertroep van Karel de Grote en een lokale Slavische stam. Circa 400 leden van deze stam zijn hier gedood door deze ijzeren overmacht .
De negatieve zone is een gevolg van deze slacht en een geologische probleem met demonen. Vroeger hadden legers magiërs bij zich die de onderwereld openden door geologische breuken te activeren en  vervolgens uit donkere aardeplekken strijd-demonen vrijmaakten in het ontstane negatieve veld.

Het hele gezin lijkt wel te zijn opgestaan uit deze oude stam en terug gereïncarneerd op hun oude plek waar ze stierven. Een veel voorkomend fenomeen. De lichamelijke klachten zijn allen terug te voeren tot oorlogswonden, van steek, slag en vermorzeling.
Ik deel m’n ervaringen en één van de drie herkent het verhaal uit z’n dromen.
Het bespreken van de ervaringen lost al veel op.

Na afloop praat ik met m’n vriend wat na en doen we nog wat onderzoek.
De Frankische magiërs riepen een vloek uit over de stam; “laat deze stam tot in lengte van dagen mogen boeten voor haar zonden, verdelg ze.”

De stam bleef hier om hun heiligdom de ‘Hohe Matze’, te bewaken en de westelijke poort tot een heel heilig gebied van het hogere Fichtelgebirge. M’n vriend was toen hun stamhoofd en hij voelt zich nog steeds verantwoordelijk voor dit gebied met haar bewoners. Hij droeg een helm met ossenhoorns en overleefde het ook niet. De volgende morgen na de slacht  werd hij bij zonsopgang gedood met de vloek in z’n bewustzijn: ‘dass die ganze Frauen verflügt würden von die Krieger und wenig Nachkommen kriegen.’ Een heftige uitspraak die lang kan doorwerken als het uitgesproken wordt door mensen met magische macht.  Geen kinderen kunnen krijgen in andere incarnaties kan een gevolg daarvan zijn!
De drie broers behoorden tot z’n grote kring van familie.
M’n vriend herkent ook dat ik bij Karel’s troepen was als magiër.

Later blijkt dit gegeven niet juist te zijn. Ik draag bij me ‘een stuk gereedschap’ , een vrouwelijke engel, die de slacht  in die tijd heeft gezien.  Deze engel zit nu bij mij en haar film toonde ze nu aan mij en ik en m’n vriend interpreteerden het onjuist. Een gegeven wat meer kan voorkomen in de subtiliteit; eerst de bron herkennen en dan juist interpreteren.

De familie leeft nog ik de ‘wij-fase', lijfeigenen en nog niet in de ‘ik-fase’. De wij-fase is een ontwikkelingsstap die voor- en nadelen heeft. De voordelen zitten in het delen met en in gemeenschap, het opofferen  wat de ik-fase minder kent.

Nu maar afwachten wat er met ze veranderd en het gebied.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten