De Nachtberg in het Fichtelgebirge is
een oude zwarte berg ten noorden van Hochstad. Een mooie kwaliteit.
Vanuit het
noorden via de oude weg lopend zie ik plots een grote zwarte reus uit een berg
komen, half in de aarde. Een slotreus op een plek waar het kasteel van Hochstadt,
Rittergut Unterhöchstädt ,heeft gestaan, prozaïsch slotheuvel genaamd. Dieper in de aarde is een nog zwartere
gestalte, minder vormvast die een kwaliteit bewaard; iets rond met lichtende
punten. Een alchemische elixir, het levenselixer?. In elk geval beschermd het
deze oer kwaliteit. De reus blijkt een
eenogige te zijn, Odin of een enogiaan. Een oude Odinplaats? In de aarde zat en zit een roodvuur die nu verzwart is door
alchemische praktijken. Een ware
mannelijke berg en een steentijdplaats waarop een megaliet heeft gestaan.
Oostelijk licht
de burchtheuvel van Thierstein, een eens markante plek met een kasteelrest
erop. Eerder had ik er al een godinkwaliteit ervaren. Een oer vrouwelijke plek
bezet door een mannelijke burcht.
Twee punten die
met elkaar een polariteitsuitwisseling hebben.
Deze oude
kwaliteiten zijn daar blijven ‘hangen, versteend. De mens kan ze weer
attenderen op de nieuwere tijden.