Vice maakte een portret van Baldrs Draumar, dat met
zijn metalliedjes Friese jongeren iets hoopt te leren over hun afkomst.
Joost
Pijpker, 20 december 2017
“Iedereen kent de verhalen van Rome, maar wat weet
men nog van de Fries? De Friezen van nu mijns inziens veel te weinig. Dit is
het moment waarop daar iets aan moet gebeuren, omdat anders de kans bestaat dat
het over een paar jaar helemaal verdwijnt. Deze generatie kan het maken of kan
het breken.”
Voor Wyldrazer, zanger van de Friese folkmetalband
Baldrs Draumar, die niet met zijn echte naam bekend wil worden, is optreden
meer dan alleen liedjes spelen. Het is ook mede-Friezen iets vertellen over hun
afkomst. In hun nummers zingen Wyldrazer en zijn bandgenoten over het Friese
rijk ten tijde van de vroege Middeleeuwen, dat zich volgens de overlevering
uitstrekte van het huidige Zeeland tot aan de Duits-Deense grens.
Meer dan fierljeppen
Baldrs Draumar past daarmee in een bredere stroming
binnen de metal, die ook wel folkmetal wordt genoemd. Naast gitaren en drums
gebruiken bands in dat genre vaak ook instrumenten die iets minder gebruikelijk
zijn in de heavy metal, zoals de fluit, de lier of de hoorn. Ook het Gelderse
Heidevolk behoort bijvoorbeeld tot die stroming.
In de opnames van Vice gaan ze daarom naar het
Duitse Helgoland, waar eens in de drie jaar een bijeenkomst plaatsvindt van
Friezen uit alle regio’s van het oude Friesland. De bandleden hopen dat met
name jonge Friezen door hun muziek inzien dat hun geboortegrond meer heeft
voortgebracht dan fierljeppen en skûtsjesilen. Afgezien van gitarist
Fjoerspuier dan, die de noodzaak daarvan wat minder inziet.
Skimmerswurd, bassist van de groep, zegt daarover:
“Ik denk dat het goed is dat we bij
zo veel mogelijk jonge Friezen het idee kunnen scheppen dat er een Friese
identiteit is waar ze trots op kunnen zijn. Als we dat met onze muziek voor een
deel kunnen bereiken, zou dat super zijn.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten