woensdag 7 februari 2018

Ode aan de eigen levensweg

Als je in de vierde levensfase komt,  kijk je terug op deze incarnatie periode. 
De hoofdvraag was steeds ‘wie ben ik’ die ik al vroeg kende in een voor mij vreemd voorkomende (on) Mens omgeving waar ik me wel mee moest verstaan met al haar begrenzingen en beperkingen die ook positieve aspecten hadden . De oervraag van ‘wie ben ik’  die voorkomt uit een lange zoektocht naar oorspronkelijkheid.

Geboren in een klein dorpje in de Alblasserwaard in een klein boerengezin met al haar zin en onzin van lokaliteit, overleving, christelijke traditie en afgrenzing/beperkingen. 

Voor mij was het incarneren daar vooral de reden dat ik in die omgeving kwam,  het open landschap met  haar weidsheid, boerderijruimte, horizon, met veel water, rivieren en een relatie met duurzame traditie aspecten van samenleven met de natuur. Het moeras was m’n leermeester met haar Natuurmystiek en ik zocht ook  steeds naar de eerste ontginners van het deltamoerasbos in m’n historische en archeologische fase.

Ook het incarneren in een bepaalde familie met haar ‘eigen’aardigheden, haar christelijke omgeving met de specifieke mindcontrol.  De uitzonderingen in de gemeenschap, de twee lokale timmerlieden Jantje Antiek en Kees met hun specifieke kennis  en vooral praktische vaardigheden, waren m’n vrienden en de kontakten met de streekschrijver Ooms die m’n historische oude wortel activeerde.

In m’n natuur/landschapsbeheer ‘bescherming’ beheer st(r)ijd van m’n 19e tot midden 30 was m’n drive vooral het beheer van het oude moeras/polder cultuurlandschap  met de wilg als m’n persoonlijke boom. Als één van de eerste opgeleide milieukundige in Groningen in begin jaren 70 was me al duidelijk geworden dat de  zorgzame omgang met de elementen niet meer in de mensenaard zat,  zoals m’n voorouders dat kenden en helaas opgelegd moest worden en vooral opnieuw onderwezen. Het zelf ter hand nemen van het beheer werd m’n pad.

Als kind keek ik vooral naar de luchten die voor mij de bergen waren, de verbinding met boven, de kosmische instroom. Later vond ik dat terug in Glastonbury waar ik bij de eerste ontmoeting het ‘thuisgevoel’ herkende; 'I am coming home’. Dat zijn van die plekken dat de hemel op aarde werd gezet met  ook haar bijlagen van al haar eigentijdse onzin perikelen. In het Fichtelgebirge waren het de goden, de Asen die mij trokken waar het fijn menselijke geslepen zijn sterk beïnvloed is door marginaliteit, isolement en recent oorlogsverledens.

De ontworsteling van de christelijke roots liep via de net opgekomen new-age, India met haar leraren zoals Osho, traditionele sjamanen en soms nog meer luciferische dwaalwegen. Dat gaf  vooral ruimte voor de nieuwe eigentijdse sferen.

Toen ik eind jaren 80  van de vorige eeuw met anderen Gaialogie activiteiten startte om de aandacht voor de subtiel aardekrachten onder de aandacht te brengen. Dat begon vooral in een zoektocht naar de eigen heelheid in  wisselwerking met  oude heilige /krachtplaatsen, die  door de driejarige samenwerking met de Friese pionier Wigholt Vleer in me wakker maakte. Terug naar de oude plekken met wel haar belastingen, vervuilingen etc.   Een weg in samenwerking met de subtiele elementen en wezens dat nog steeds gaande is.  

Een tweetal oude incarnatieve vrienden kwamen op m’n pad die de noodzakelijke richting wezen en nog steeds dat zijnde doen.

Nu zit ik in het middelgebergte waar de bronnen van de hoofdrivieren liggen en de elementen me fascineren, raden en begeleiden. De elementen aarde en vuur zijn hier waar het in Nederland minder in oorspronkelijkheid is.

En wat immer blijft ik wil het graag delen met anderen en niet voor me houden.

Nu leer ik het nieuwe pad van vader zijn, een partner met al bezigheden, afleidingen en ongemakken.


En wat blijft is de pioniersgeest, de bouwmeester en de strijder ook al is die wat tot inzicht gekomen. Vooruit dan maar!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten