Het is triest
gesteld met het subtiele welzijn van christelijke plaatsen. Zag vandaag een
reportage over christelijke kloosters en het eerste dat me opviel was de totale
afwezigheid van het goddelijke; ‘het open
terrein van de grote geest’. Tenminste niet in de gebouwen. Soms is het
nog wel in de omgeving waar te nemen
maar de oude gebouwen zijn bezet door heel wat anders en vaak het tegendeel van
heiligheid; schijnheiligheid.
De voorgangers
hebben ook weinig subtiele heiligheid in hun aura en zijn meer bezet door
omgekeerde machtstekens. Triest en driest.
Het wordt weer
eens tijd op te komen voor het streven naar zuiverheid i.p.v.
(schijn)heiligheid. Wil je dat overigens graag ontmoeten, dan raad ik af om naar krachtplekken,
heiligdommen te gaan maar gewoon; de
vrije Natuur.
En wat die oude
cultus gebouwen betreft. Interessant als cultuurhistorie maar geen plekken meer
om nieuwetijds religie en spiritualiteit uit te oefenen. Als geïncarneerde kerk- en kathedraalbouwer herken
ik niets meer van de oersferen die we destijds neer zetten. Oorzaak;
slecht tot geen energetisch beheer en
een grote naïviteit van de leer-/voorgangers. Geloof is een zaak geworden van het hoofd
i.p.v. een bewogen hart. Dat was toen zo en is ook nu zo.
Het beste
spirituele gebouw is ons lichaam en de Natuur. Collectieve gebouwen zijn daar
niet meer voor nodig
Geen opmerkingen:
Een reactie posten