Het boek ‘Sex, Ecology,
Spirituality: The Spirit of Evolution’ (1995) van Ken Wilber is te beschouwen als zijn magnum
opus.Volgens sommigen is dit boek een
beter spiritueel boek dan alle oude werken die de hoofdreligies aanhangen. Toby Rogers is zelfs van mening dat het beter
is dan de werken van Tolle, Chopra en Chodron.
In het achtste hoofdstuk beschrijft Ken Wilber "The Depths Of The Divine”. Hij herkent vier mogelijkheden voor
individuele spirituele ontwikkeling:
1. Nature mysticism
met als voorbeeld de Transcendentalist
Ralph Waldo Emerson
. De ontmoeting met de uiterlijke natuur en de menselijke natuur; element
Subtiele Aarde.
2. Deity mysticism
met als voorbeeld de Chritselijke
heilige Teresa of Avila:
de ontmoetingen met de Goden en voorheen de Godinnen; element subtiel Water.
3.
Formless
mysticism met als voorbeeld Meister Eckhart
. De ontmoeting met de vormloze Stilte; element Subtiele Aether.
4.
Nonduale
mysticism met als voorbeeld de
Hindu guru
Ramana Maharshi
en in het Westen de neo-platoonse Plotinus. De ontmoeting met het nonduale in
ruimte en tijd, element subtiele Aether
Ik herken in m’n eigen benadering van de Grote Natuur een voorkeur voor
1 en 2. De ontmoeting met het Geheel en daardoor worden gesteund en onderwezen.
Ik wil daar aan deze lijst nog toevoegen:
5.
De multi-dimensionale mysticism. Het
tegelijk zijn in vele dimensies
6.
De ‘all-inclusive’ mystici; alles tegelijk
“You may drive out Nature
with a pitchfork,
yet she still will hurry back."
Horace
Geen opmerkingen:
Een reactie posten