Bekrast potje is oudste ‘tekst’ van Nederland – maar wat
staat er eigenlijk?
Zo’n 2.700 jaar geleden kraste bij Nijmegen iemand met een
scherp voorwerp een reeks geheimzinnige tekens op de zijkant van een klein,
aardewerken potje. Het zijn de oudste geschreven tekens van Nederland, en
vormen een ‘ongekende vondst’, constateren archeologen die het potje onthullen.
Het 'potje van Lent' De tekens staan op een soort eierdop van maar 3 centimeter
hoog. Archeologen vonden het aardewerk in 2011 bij toeval bij een
nieuwbouwproject in Nijmegen-Noord, in een kuil met prehistorisch boerenafval.
Wat de krassen betekenen, snapt niemand. Zomaar wat willekeurige versierseltjes
lijken het in elk geval niet: daarvoor zit er in de tekens te veel systeem.
Dat maakt de vondst meteen uniek voor Europa. Destijds, in
de ijzertijd, was het schrift immers nog niet tot in onze streken
doorgedrongen. Alleen in het Nabije Oosten, Italië en Griekenland schreef men,
en zelfs daar alleen nog maar mondjesmaat.
2
Misschien zijn de Nijmeegse tekens aangebracht door iemand
die interessant wilde doen en deed of hij kon schrijven, oppert
aardewerkspecialist Peter van den Broeke in vakblad Archeologie in Nederland.
‘Iemand die in zuidelijke streken was geweest of er vandaan kwam, het schrift
in zijn hoofd had en het probeerde na te bootsen’, zegt Van den Broeke.
Olielampje
Het vingerhoedachtige potje zelf is wellicht gebruikt als
olielampje of als symbolisch offer, misschien wel aan kleine aardgeesten, denkt
Van den Broeke. Vergelijkbare miniatuurpotjes worden vaker gevonden bij
opgravingen uit de ijzertijd, maar altijd zonder graveringen. Het ‘potje van
Lent’ is bovendien versierd met nagelafdrukken op de rand, ook al bijzonder.
De tekens lijken nog het meest verwant aan een schrift dat
pas twee eeuwen later opduikt in het huidige Spanje, vertelt Van den Broeke. Al
lijkt een van de tekens, een soort O met een streepje erdoor, ook op de Griekse
letter phi (Φ). ‘Werkelijk alles is bizar aan deze vondst.’
Mensen waren mobiel
‘Spectaculair’, vindt ook Luc Amkreutz, conservator prehistorie
van het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden de vondst. ‘Je kunt er niet omheen
dat dit bewust is gedaan. En dit is best een eind de prehistorie in, zes eeuwen
voordat de Romeinen kwamen.’
De vondst onderstreept dat mensen al in de prehistorie behoorlijk
mobiel waren, vindt hij. ‘Een inzicht dat de laatste tijd steeds meer begint te
dagen.’
Misschien dat men aan de tekens een of andere magische
betekenis toekende, oppert historisch taalwetenschapper Peter Alexander Kerkhof
van de Universiteit Leiden desgevraagd. ‘Mensen reizen, en komen andere
culturen tegen waar men graveert. Ze kunnen het niet lezen, maar kennen er wel
waarde aan toe: misschien weert dit het kwaad af’, schetst hij.
Waarschijnlijk is ook het runenschrift op die manier
ontstaan, legt Kerkhof uit: als imitatie van het Romeinse schrift. ‘Men zag dat
de Romeinen inscripties op hun zwaarden maakten, en zal hebben gedacht: dat
moet nuttig zijn, dat kunnen wij ook.’
De tot dusver oudst bekende inscriptie ten noorden van de
Alpen is een Etruskisch opschrift op een bronzen emmer die vanuit
Zuid-Zwitserland in Noord-Duitsland terechtkwam, ongeveer uit dezelfde periode.
In Nederland stammen de oudste inscripties pas van eeuwen later, uit de
Romeinse tijd.
Dat het aardewerk ter plaatse is gemaakt, maken experts op
uit de chemische samenstelling van de klei. Microscopische analyse sluit
bovendien uit dat het om een moderne vervalsing gaat: zo lopen oude barstjes in
het aardewerk ook door de tekens heen. ‘Dat maakt dit zonder meer de oudste inscriptie
die we uit Nederland kennen’, zegt Van den Broeke.
Oudheidkundige Jona Lendering van het blog Mainzer
Beobachter wijst desgevraagd op een gekke regelmaat: de eerste tekens ‘UODC’
lijken een omkering van de laatste tekens ‘CDOU’. ‘Dan zou het natuurlijk ook
kunnen dat het toch gewoon een versiering is’, oppert hij. Een ‘interessante
suggestie’, vindt Van den Broeke. Maar hij denkt toch van niet: ‘Ik heb in de
loop der tijd duizenden stuks versierd aardewerk uit de ijzertijd onder ogen
gehad, maar nooit iets dat hier ook maar enigszins op lijkt.’
Het potje is vanaf vrijdag te zien in achtereenvolgens het
Nijmeegse gemeentehuis en het Huis van de Nijmeegse Geschiedenis. Daarna gaat
het naar museum Het Valkhof.
Bron;NRC
“Denk dat het magische symbolen zijn, geen (rune)letters.
Meer sigilen, om via deze tekens met betekenis de inhoud van het potje te potentiëren,
genezender te maken specifiek voor een bepaald doel. Denk ook aan de symbolen
in zuidoost Zweden. Kivik, waar een prehistorische inwijdings steenberg
is met inwijdingsgraven vol met bizarre symbolen.” (HJ)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten