Onlangs las ik in een artikel in Trouw getiteld ‘De ziel van
Egypte, ten diepste vuil’ van Kim Deen die de volgende opmerkingen noteerde van Barhim Dawood, dichter die opgroeide in de regio Manoufeya.
-
De plattelandskinderen werden in het gareel
gehouden met verhalen over de geest van de Nijl. “Die djini van de Nijl zou
slechte mensen verdrinken. Er gingen verhalen rond van mensen die zo waren
verdwenen. Ik was bang voor de geest. Een van mijn vriendjes verdronk toen ik
negen of tien was. Ik ging nooit meer naar die plek.”
(djini is een benaming uit de islamitische traditie van 'boze' geest)
-
“De farao’s hadden regels als: spuug niet in de
Nijl, en : plas niet in de Nijl. Wij moeten ook zulke regels gaan naleven.”
Nu is de Geest uit de Nijl rivier, door dammen kapot gemaakt, vervuiling en
de geest gaat weg, en is een ontzielde rivier geworden.
En achter de angst van verdrinken zit mogelijk respect voor de rivier. Overigens kennen we in Nederland ook deze waterangst wezens. In m'n geboortedorp Giessen-Oudekerk verhaalt men van de bullebak, een soort walvis, die kinderen opslokt als ze te dicht bij het water komen. In de Giessen bocht vlak bij m'n huis aan de Bovenkerkseweg 30 woonde dit waterwezen.
Een oud gezegde in Egypte luidt: ‘Als je ooit drinkt van de
Nijl, kom je ernaar terug’. Iets wat nu niet meer is aan te raden, daar de Nijl
zeer ernstig vervuild is.
met dank aan de bronnen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten